Het viel me op dat Winterbottoms
Code 46, net als de nieuwste Gibson (
Pattern Recognition) eerder een alternatieve, eventueel dystopische, realiteit wil weergeven dan, zoals dat bij science fiction vroeger bijna altijd het geval was, een radicaal veranderde, utopische/dystopische, wereld te willen oproepen (Blade Runner, Alien, zelfs 2001).
Redenen? Misschien hebben de meeste schrijvers en filmmakers bijgeleerd van hun voorgangers, omdat achteraf gebleken is dat het met de toekomst allemaal wel niet zo'n vaart zal lopen.
Maar op welk vlak dan? Het valt
in rücksicht op dat de meeste science fiction bedenkers vroeger veel meer belang hechten aan technologische vooruitgang en onbekende werelden en zodoende ook heel de tijd cyborgs, monsters, robots en zichzelf overstijgende AI's opvoerden, die dan de mens kwamen te bedreigen. Het nieuwe en het bedreigende wordt entertainment omdat het ver van ons af ligt en ergo, de facto, weinig bedreigend is.
Maar het is juist daar waar we niet naar toegaan. Vroeger werd, blijkt nu,
de weerslag van de technologie op het sociale construct voortdurend onderschat. Het is net de mens zelf die de andere mens gaat 'bedreigen' (dat bedoel ik dan in de breedste zin van het woord) omdat hij technologisch, medisch en wetenschappelijk capabeler is of over betere en essentiëlere informatie beschikt en die ook kan controleren en manipuleren.
Zo stelt Winterbottom een vroeg-21ste eeuwse wereld voor waar men zich niet legitiem kan verplaatsen omdat men
niet verzekerd is, een toestand waar we, in een tijd dat verzekeringsmaatschappijen zich het recht voorbehouden om elk persoonlijk en medisch detail van de verzekeringsbehoevende op te vragen, toch heel dicht bij zitten. In de VS is het zelfs bijna zo ver.
Op die manier lijkt Cayce uit Gibsons laatste roman ook meer een personage dat we kunnen vatten: ze werkt voor reclamebureau's en grote multinationals omdat ze ultragevoelig is voor het effect dat een Groot Merk op een persoon kan hebben; ze zoekt iemand die berichten de wereld instuurt via het internet (terwijl Case, Mona en Turner moeten rekening houden met nu nog steeds abstracte entiteiten als manipulerende AI's en de Matrix).
Resultaat: de afstand tussen de huidige realiteit en de toekomstige realiteit lijkt steeds korter te worden. Misschien omdat de maatschappij waarin we leven geen verre toekomst meer vooropstelt? Omdat het heden qua informatieverwerking al zo ingewikkeld en veellagig is dat we wel eens eerst zullen zien of we erin slagen het vandaag te begrijpen? Of omdat de toekomst van een bepaald deel van de wereldbevolking (zeg maar de ontwikkelingslanden) is wat het heden nu al voor ons is?
Ik begrijp er in ieder geval uit dat het tegenwoordiger verstandiger wordt geacht om zich eerst bezig te houden met de vragen die ons nu bezighouden en nu de grootste uitdagingen stellen, in plaats van zich, zoals in Orwells 1984 (nu compleet
over the top en zelfs een beetje lachwekkend om eerlijk te zijn) te ver in de toekomst te projecteren en achteraf een beetje voor gek te staan (Zelfs de grote Philip K. Dick, die ik om zijn spectaculaire verbeeldingskracht nochtans hoog in het vaandel draag, voorspelt in een aantal van zijn romans dingen waar je niet van bijkomt).
Nee, dan liever Michel Houellebecq en zijn
Particules Elémentaires, waarin hij zich in de toekomst een gekloonde, volledig onsterfelijke mensheid voorstelt (zie ook Huxley en Winterbottom). Zulke vraagstukken en hun oplossingen zijn (en ik zeg met opzet niet: spijtig genoeg) pregnanter dan het tobben over computers die ons dood willen maken. Daarom ook is een serie als
Wild Palms (die over de machtsgreep van de virtuele realteit op de factuele realiteit handelt) nog altijd veel relevanter dan
The X-Files (dat zich verliest in vergezochte complotten tussen de
government en marsmannetjes).
En op die manier wordt science fiction meer een vorm van hedendaagse sociale kritiek die wel eens belangrijker zou kunnen worden dan het zoveelste revelerende boek over de obscure en vermoede wandaden en complotten van de Neo-conservatieve lobbies. Versta: men moet tegenwoordig al veel verbeelding hebben om zich een correct beeld van de realiteit te vormen.